-
Nieuw-Buinen
Aantal inwoners: 4997 (01-01-2004) Nieuw-Buinen heeft wat het ontstaan betreft gelijkenis met Drouwenermond: een kanalenstelsel met woningbouw langs de Monden. In 1824 werd de eerste turf via de Buinermond afgevoerd. De drukke verveningsactiviteiten lokten kooplieden van elders naar het gebied, waaronder Duitsers die glaswaren verkochten. Een van hen ontdekte dat de omstandigheden ideaal waren om een glasfabriek te vestigen. Er was voldoende brandstof en een kanalenstelsel om de producten af te voeren. Zo ontstond in 1838 in Nieuw-Buinen de eerste glasfabriek, de fabriek van Thöne (later Bakker). Twee jaar later stichtte Meursing een fabriek. De glasindustrie werd zeer belangrijk in Nieuw-Buinen. Het was rond het midden van de negentiende eeuw verreweg de omvangrijkste industrie in Drenthe. Tijdens de hoogtijdagen werkten 1500 mensen in deze industrietak. In 1967 ging de laatste fabriek dicht. Evenals Drouwenermond is Nieuw-Buinen in de eerste plaats een belangrijk landbouwgebied. Er vestigden zich vooral veel boerenzoons uit Groningen. De dalgrond was en is uitstekend geschikt voor de aardappelteelt. De boeren stichtten hun eigen Coöperatieve aardappelmeelfabriek Hollandia. In 1971 werd de fabriek overgenomen door Avebe en korte tijd later werd de productie stilgelegd. Inmiddels was in de jaren vijftig van de twintigste eeuw gestart met de werving van nieuwe industrieën in Nieuw-Buinen. In 1959 werd een 11 ha groot industrieterrein in gebruik genomen. Van de bedrijven die zich daar in de zestiger jaren vestigden (o.a. een confectiefabriek) is alleen de aardewerkfabriek Goedewaagen overgebleven. Het Noorder- en Zuiderhoofddiep te Nieuw-Buinnen hebben een groot aantal jaren een belangrijke rol gespeeld bij de afvoer van turf en later de aan- en afvoer van landbouwproducten. Het asvervoer nam ook in dit gebied het vervoer over water over. Doordat de boeren de karakteristieke draaibruggen vervingen door dammen werd verkeer over water onmogelijk. Het gevolg was vervuiling van het water en stankoverlast. Besloten werd daarom tot demping van een groot deel van de kanalen waaraan Nieuw-Buinen, maar ook de andere veenkoloniale dorpen hun bestaan te danken hebben. In het kader van groeiend cultuur historisch besef wordt nu overwogen om en deel van de kanalen weer open te graven.
|